hoofdstuk 13 (Sebas & Maaike)
a
Het was een regelrechte ramp voor Maaike. Elke keer opnieuw als ze door de stad reed op zoek naar een parkeerplaats. Volgens haar vriend was ze gewoon te kieskeurig, maar zij wijtte het juist aan andere chauffeurs. De witte lijnen waarmee een meerderheid van de parkeerplaatsen werden begrenst leken voor veel mensen hun betekenis te hebben verloren. Daarnaast moest ze ook rekening houden met het overige verkeer. Als Maaike weer eens snelheid minderde dan was er al snel weer iemand achter hen die haar met de claxon tot spoed aanmaande. Tot ergernis van haar vriend gaf ze hier geschrokken steeds weer gehoor aan.
"Rechts, veertig meter verder is er plek."
Na een snelle blik in de spiegels te hebben geworpen liet ze het gaspedaal los.
"Waar?"
Ze hoorde hem zuchten. Hij zag overal mogelijkheden om de wagen kwijt te kunnen, terwijl zij na een langdurige taxatie vaak allerlei obstakels opmerkte.
"Naast die container. Verderop zie ik de Pearl. Daar kunnen we meteen een bril voor je halen."
"Je helpt niet echt", mompelde ze verbeten.
De Peugeot kwam naast een stalen container tot stilstand. Bedenkelijk keek ze naar de ruimte tussen de container en de dichtstbijzijnde auto voor ze aan het stuur begon te draaien. Ze durfde echter niet meer te vragen of het wel groot genoeg was om daar te kunnen parkeren. Hij had al eerder getoond beter dan haar te zijn bij het schatten van afmetingen.
Online Verhalen was een ware hype geworden sinds de media er op was gedoken. Sebas had niet voor mogelijk gehouden dat het aantal gebruikers van de site zo sterk zouden stijgen als in de afgelopen weken was gebeurd. Somber voegde hij er in gedachten aan toe dat het wel langer zou gaan duren voor de website weer over een goed functionerende team van moderators zou beschikken. Zoals het voorheen was geweest zou het waarschijnlijk nooit meer worden. Toch was hij overtuigd dat het allemaal goed ging komen. De politie was een grootschalig onderzoek gestart. Als de moordenaar was opgepakt dan konden de gebruikers van de website hun normale leven weer gaan hervatten. Sebas wierp een blik over zijn schouder. Hij had voor de duur van het onderzoek een lijfwacht toegewezen gekregen. De gewapende man week geen moment van zijn zijde. Iets waar hij vooral de eerste dagen erg aan had moeten wennen. Een rechercheur genaamd Zeth had hem deze opgedrongen. Om snel aan de argumenten van de beheerder een einde te maken had hij wat opnamen van verscheidene plaatsen delict laten zien. Onverstoorbaar was deze mensenjager op de beheerder blijven wachten terwijl hij Sebas boven de toiletpot hoorde overgeven. Sebas moest nog steeds rillen als hij eraan terug dacht. Hij hoopte de rechercheur nooit meer tegen te komen. De felle blik in de ogen van de tengere man hadden hem angst aangejaagd.
De donkere ogen van Incertus volgden de lijfwacht. Om Sebas te kunnen bereiken moest hij deze man uitschakelen. Hij dacht na over de wijze waarop hij dit moest aanpakken zonder iedereen te alarmeren. Tot hij werkelijk een plan had moest Incertus eenvoudig wachten en de politie zien te vermijden. Om het laatste te vergemakkelijken had hij zijn auto in België achter gelaten en zich bewust armmoedig uitziende kleding verschaft. Terwijl Sebas winkelde had hij door de stad gezworven en ervaren dat het leven op straat zwaarder was dan hij had aangenomen. Geen enkele winkeleigenaar tolereerde een zwerver in de omgeving van zijn of haar bedrijf. Dreigen met de politie was al vaak voldoende om Incertus te laten verkassen tot hij bij deze container was aangekomen. Vol geladen met uitgebroken gipsplaten, houten balken en plastic verpakkingsmateriaal stond de container klaar om door een vrachtwagen opgeladen te worden. Hier vandaan kon hij tenminste de auto van Sebas in de gaten houden zonder op barse wijze te worden weg gestuurd. Volledig geconcentreerd op zijn taak had hij geen oog gehad voor de vlakbij gestopte wagen.
Maaike stuurde met een wijde boog om de zilverkleurige Bentley Continental GTC Speed heen. Haar vriend zat er bijna kwijlend naar te kijken. Een wagen waar hij slechts van kon dromen omdat de basisversie al €320.725,- kostte, zoals hij haar opgewonden vertelde. Het bedrag had echter een heel ander effect op haar gehad. Ze wilde nu in geen enkel geval dicht in de buurt ervan komen. Zelfs als het betekende dat ze daardoor overbodig veel moest compenseren met sturen. Na haar eerste poging om vooruit rijdend te parkeren was ze halverwege van gedachten veranderd, ondanks de goed bedoelde aanwijzingen van haar vriend, en probeerde het ditmaal achteruit rijdend. Meer de Bentley in de gaten houdend om er geen kras of deuk op achter te laten dan de dichterbij komende container achter hen.
Weinig onder de indruk van de rijvaardigheid van de heftig aan het stuur draaiende chauffeuse keek Incertus naar de aanwezige ruimte. Je kon hier een bus parkeren zonder iets te hoeven raken. Hij zag de aan de achterzijde bevestigde lamp wit oplichten. Blijkbaar was ze toch vastbesloten om hier te parkeren. Hij kon de man naast haar zien gebaren. Het was jammer dat hij niet mee kon luisteren. Het beste vermaak was immers leedvermaak.
Na een paar uur in de schaduw van de container op de straat te hebben gezeten, wilde hij opstaan. Tot zijn verbijstering deden zijn benen niet wat er van hen werd verlangd. De houding waarin Incertus had gezeten en de harde ondergrond hadden de bloedvaten en zenuwen afgekneld en een slapend gevoel in de ledematen veroorzaakt. Hij zag de wagen dichterbij komen. Incertus wilde een waarschuwing schreeuwen toen hij Sebas aan de andere kant van de straat zag. De beheerder had blijkbaar genoeg gewinkeld. Zacht vloekend om geen ongewenste aandacht van de lijfwacht te trekken begon hij dichter naar de container toe te kruipen. Hier zou ze naar zijn verwachting ver vandaan blijven. Te laat besefte Incertus dat hij een verkeerde inschatting had gemaakt. De trekhaak kwam snel dichterbij. Hij strekte een hand naar achteren uit, maar trok deze van de hete uitlaat terug. In stilte de pijn verbijtend terwijl de tranen in zijn ooghoeken verschenen. Tot zijn opluchting was de wagen gestopt. De kracht in zijn benen was weer terug gekeerd. Het maakte het kruipen makkelijker. Hijgend drukte Incertus zich tegen de container. Hij had het gered.
Onverwachts had Maaike de rem ingetrapt. Een ziekenwagen waarvan de sirene zo dichtbij een enorm kabaal maakte was vrijwel naast haar tot stilstand gekomen. Geschrokken keek ze naar het in felle kleuren uitgeruste voertuig. Minder onder de indruk ervan was haar vriend. Een verderop parkerende wagen blokkeerde de weg. De ambulance was waarschijnlijk onderweg naar het ziekenhuis. Hij maakte zijn gordel los en knikte in de richting van de moeizaam parkerende chauffeur. Even dacht hij zelfs dat de man de motor had laten uitvallen. Waarschijnlijk in paniek geraakt door de verschijning van de ambulance. Iets waar hij om moest lachen.
"Volgens mij is hij familie van je. Hij kan ook al niet rijden."
Boos wierp ze hem een vernietigende blik toe en haalde haar voet van het rempedaal. De Peugeot schoot naar achteren voor Maaike abrupt de rem weer intrapte en haar vriend bijna tegen de voorruit vloog. Het ergste vrezend keek Maaike in de spiegels. Ze dacht iets gehoord te hebben en de container was nu wel heel dichtbij. Veel te dichtbij naar haar zin. De ziekenwagen kon eindelijk zijn weg vervolgen en scheurde dicht langs de wagen heen waarvoor het eerder noodgedwongen was gestopt.
"Ik had bijna een hersenschudding", foeterde hij.
"Volgens mij ben ik tegen de container aangereden."
De dunne uitlaatpijp drong sissend door de wang van Incertus heen. Tanden en kiezen werden door het hete metaal uit het tandvlees gedrukt. Rochelend probeerde hij de auto en de container uit elkaar te duwen, maar faalde volkomen. Hij klapte tegen het roestige staal van de container aan. Iets verder en zijn hoofd zou tussen de auto en de container zijn vermorzeld, maar de auto was opnieuw tot stilstand gekomen. In plaats daarvan begonnen smerige uitlaatdampen en een dikke, kopersmakende vloeistof zijn keel binnen te dringen. De hitte van de uitlaat had de grote wond in de wang dicht geschroeid en zijn tong verbrand. Bekneld en vast gepind kon hij geen kant meer op. Zelfs slikken bleek onmogelijk te zijn omdat de uitlaat tussen zijn tanden zat en Incertus zijn mond niet meer kon sluiten.
Maaike boog zich naar voren. Er was een lichtje gaan branden. Haar vriend keek ook mee. Hij herkende het rood gekleurde symbool (!) voor handrem, maar deze was nog niet door haar aangetrokken. Twijfelend controleerde hij deze en hij had gelijk. Bezorgd geworden bleef Maaike er enkele tellen naar kijken zonder dat er iets gebeurde. Het rode lichtje bleef branden. Op haar aandringen zocht haar vriend in het dashboard kastje naar een boekje om op zoek te gaan naar een mogelijke verklaring voor het brandende waarschuwingslichtje.
"O, de remvloeistof is te laag."
"Wat nu?"
"Niets. Ik vul het wel aan als we thuis zijn."
Niet in staat om er op dit moment verandering in te brengen zag Maaike haar vriend uitstappen. Na enige aarzeling trok ze de handrem aan en schakelde de motor uit.
"Het is nog mooi weer", hoorde ze hem zeggen, nadat ze eveneens was uitgestapt.
Maaike keek net als hem naar boven. Het was vandaag inderdaad prachtig weer geworden ondanks de eerdere donkere wolken. Al was ze met haar gedachten meer bij de in het land rond dwalende moordenaar. Beseffend dat zijn vriendin afleiding nodig had was hij tot haar verbazing met het voorstel gekomen om te gaan winkelen. Ze greep zijn hand vast en kuste hem kort op de mond.
"Waar heb ik dat aan verdient?"
"Je bent best lief als je niet naast me in de auto zit, weet je."
Hij trok haar mee toen ze naar de achterkant van de wagen wilde lopen. Voor ze zich daar ook zorgen om begon te maken.
"Je bent er niet tegen aan gereden."
"Ik hoorde een geluid."
Zonder haar los te laten begon hij de winkelstraat in te lopen.
"Wat voor geluid?"
Hier moest Maaike even over na denken.
"Zoals de gekookte eieren die we vanochtend op hebben. Ja, het klonk alsof ik met mijn lepel een ei kapot sloeg."
"Wat kan je het toch weer heerlijk beeldend brengen. Gewoon een krakend geluid, dus."
Ze knikte.
"Eerst naar de Pearl om een bril voor je te kopen en daarna gaan we op zoek naar een gehoorapparaat."
"Schat?"
"Ja?", vroeg hij grijnzend.
Ze toonde hem de autosleutel.
"Wil je soms naar huis toe lopen?"
Hij schudde het hoofd.
"Kijk, kleren", zei hij met een opgewektheid, die duidelijk was gespeeld.
Glimlachend volgde ze hem de kledingwinkel binnen. Hij was in zijn opzet geslaagd. Voor even kon ze alles achter zich laten en genieten van het leven alsof het alleen maar mooi was.
"De straffen in Nederland zijn veel te licht."
De lijfwacht bevestigde het met een grom. Hij was een moment afgeleid door de ambulance. Zich bewust van de belangrijkheid van zijn taak had hij geweigerd om een paar tassen met boodschappen van Sebas over te nemen. Hij wilde zijn handen vrij hebben voor als het nodig mocht zijn. Zuchtend liep de zwaar bepakte Sebas verder. Hij hoopte dat de moordenaar spoedig zou worden opgepakt om te worden berecht. Geen enkele straf was wat hem betrof te zwaar. Dan kon deze lijfwacht ook uit zijn leven verdwijnen en had hij zijn privacy weer terug.
"Als ik een wens mocht doen dan wel dat de politie zijn werk deed en het vandaag nog voorbij zou zijn."
Als Zeth zijn collega’s bij het politiekorps niet voor is. Het was een opbeurende gedachte omdat Sebas niet graag in handen van deze rechercheur zou vallen als hij zelf iets had misdaan.
"Schrijf er maar een verhaal over", antwoordde de lijfwacht. Het liet de man totaal onverschillig. Hij had een taak te vervullen. Waakzaam controleerde hij de omgeving tot hij bemerkte dat Sebas was blijven staan. De positief ingestelde beheerder van Online Verhalen keek hem glimlachend aan.
"Wat is er?"
"Je hebt me op een idee gebracht. Ik kan hier een boek over gaan schrijven. Misschien zelfs de filmrechten ervan verkopen."
Hij zag de lijfwacht een enkele keer knikken. Sebas fronste zijn wenkbrauwen. Hij had op een iets enthousiastere reactie van de man gerekend. In zijn gedachten begon hij echter al een titel te bedenken. Hij zocht iets dat direct te linken was aan Online Verhalen. In de media werd gesproken over de Poemskiller, maar het sprak hem als titel weinig aan. Misschien kwam iemand van Online Verhalen wel met iets bruikbaars als hij deze vraag uitzette in de chatbox.
De verhoorkamer werd door Maaike als een bijzonder spartaanse omgeving ervaren. Het was voor haar nog allemaal moeilijk te bevatten wat er was gebeurd. Het had een gezellig dagje uit moeten worden. In plaats daarvan… De deur draaide open en rechercheur Zeth betrad de ruimte. Al haar gedachten verdwenen langs hem heen de deur uit terwijl ze zich concentreerde op de man die tegenover haar plaats nam. Ze had hem onmiddellijk herkend.
"Welkom terug."
Hij had wel verwacht haar nog eens te zien.
"Wat gaat er met me gebeuren?", hoorde hij haar zacht vragen.
"Je bent vrij. Het onderzoek is afgerond en de algemene conclusie was dat het werkelijk een ongeluk is geweest."
De manier en toon waarop hij het had gezegd gaf Maaike een ongemakkelijk gevoel.
"Dat was het ook."
"Er hebben een heleboel toevalligheden plaats gevonden gedurende..", hij laste even een bewuste pauze in van een paar seconden, "het bijzondere ongeluk."
Het was voor Maaike onnodig geworden dat deze rechercheur er nog aan toevoegde niet in toeval te geloven. Tot haar verrassing legde hij een hand op haar onderarm. Het gebeurde op een bijna tedere wijze. Zo totaal niet passend bij deze zakelijke man.
"Bedankt", fluisterde hij haar nauwelijks hoorbaar toe.
Onzeker volgde Maaike hem met haar ogen tot ze hem de deur voor haar zag open houden.
"Het was een ongeluk", herhaalde ze.
Hij hield de formulieren in zijn hand omhoog.
"Het wordt door dit rapport bevestigd. Het spreekt je vrij van alles."
De rechercheur keek haar na. Overtuigd dat hij een moordenares het politiebureau uit liet lopen. Vrouwe justitia had misschien wel een blinddoek om, maar ditmaal had ze de weegschaal laten vallen om met beide handen het zwaard te hanteren voor een onherroepelijk vonnis. Goed gehumeurd keerde hij terug naar zijn werkplaats.