In het jaar 2007 betrok ik mijn eerste woning. Een appartement dat nieuw was opgeleverd. Rond deze tijd was ook de laan van bladverliezende coniferen langs het appartementencomplex aangeplant. Gedurende de voorbije jaren groeiden de piramidale Metasequoia glyptostroboides (Chinese moerascypres) in omvang en hoogte en zal dat voorlopig blijven doen tot het een hoogte van ruim twintig meter heeft bereikt.
Elke zomer ontstaat er een natuurlijke muur dat het complex, aan de andere kant ervan, grotendeels aan het zicht onttrekt. Tijdens de herfst en winter kleuren de naalden van groen naar oranjebruin en vallen tenslotte af. Op het balkon tref ik ze dan met regelmaat aan en incidenteel een door de harde wind meegevoerde tak.
Het was iets dat ik voor een gegeven aannam en hiervan ben ik me pas in 2022 van bewust geworden, moet ik bekennen. De gemeente Altena heeft de beslissing genomen om niet langer meer met regelmaat rondom de stam van de bomen te maaien. Het moet ons bomenbestand behoeden voor maaischade. Vanaf het begin van het jaar is er langzaam en geleidelijk een kraag van ruigte ontstaan rondom de coniferen in het laantje. Natuurlijke 'stapstenen' voor insecten, vogels en kleine zoogdieren, waar ze een schuilplaats en voedsel kunnen vinden en dieper de kern intrekken. Overheerst door grassen en wat heermoes heb ik tot zover weinig kruidachtige planten in deze ruigtekragen bespeurd en dierlijk leven evenmin veel.
Om het te doorbreken en het proces te versnellen heb ik één van de twee coniferen op het oog die recht voor mijn balkon groeien. De dichtstbijzijnde boom staat in een uitgestrekt grasveld, dat aan een kant begrenst wordt door een haag. Het geheel bestaat uit diverse tinten groen, bruin en grijs. Hier kan ik elk voorjaar de bloemen van de uitgelopen bolgewassen bewonderen. Alleen de Narcissen zorgen in deze directe omgeving van het appartementencomplex tijdelijk voor wat kleur.
14 februari 2022
28 februari 2022
3 maart 2022
15 maart 2022
1 april 2022
2 april 2022
22 april 2022
9 mei 2022
16 mei 2022
17 mei 2022
18 juni 2022
7 juli 2022
Deze ene boomspiegel heb ik aan de kant van het appartementencomplex deels van gras ontdaan. De grond was hard en het koste me moeite om deze zelfs oppervlakkig los te maken, zonder de boom daarbij te willen beschadigen. Het is de enige manier om andere planten een kans te geven hier te wortelen. Een nieuwsgierige zanglijster kwam tijdens het werk dichtbij om te kunnen zien waar ik mee bezig was en elke gelegenheid aan te grijpen om gemakkelijk aan voedsel te kunnen komen.
Deze kruidachtige en vaste planten zijn afkomstig van een bouwgrond en zullen de concurrentie met de boom moeten aangaan om voldoende voedingsstoffen en water aan de bodem te onttrekken om zich blijvend te kunnen handhaven. Het is een ongelijke strijd, waar de boom ruim een decennium aan voorsprong heeft opgebouwd. Een paar emmers water voltooide de plantwerkzaamheden. De volgende dag regende het een groot deel van de dag. Het was bijna alsof het gepland was. Ik hoop dat dit de grond wat beter bewerkbaar zal maken als ik de rest van de grassen verwijder. Het eindbeeld is een kleurrijkere boomspiegel met planten die gedurende het jaar de kans krijgen om te bloeien en ook te vermeerderen. Meer organisch materiaal op de bodem voor bevordering van het bodemleven. Zoemende insecten die de bloemen bezoeken en een grotere variëteit aan andere dieren. Vanaf het balkon kon ik zien dat de zanglijster, die gedurende mijn werkzaamheden een veilige afstand had bewaard, de losgewoelde grond doorzocht naar wat eetbaars.
4 juni 2022
5 juni 2022
6 juni 2022
Na een paar dagen van overtrekkende wolken vol met regen was de grond aanzienlijk beter bewerkbaar. Op 7 juni heb ik de boomspiegel rondom de stam voltooid. Het aanwezige gras afgevoerd en vervangen door kruidachtige planten. Tijdens de grondwerkzaamheden heb ik helaas twee mierennesten verstoord in de bodem. Ze behoorden tot de Lasius niger en de Lasius flavus, op slechts dertig centimeter afstand van elkaar. Ik kwam er al snel achter dat ik het wat hogere gras om de boomspiegel heen beter had kunnen afknippen. De persoon die de grasmaaier bediende reed deels over het ingeplante gedeelte heen en daarbij zijn een aantal kruiden helaas verloren gegaan.
Na de regenachtige dagen volgden weer zonnige dagen. De temperatuur steeg. Om de planten een betere kans te geven heb ik ze gedurende enige tijd water gegeven. Het geeft planten misschien minder reden om dieper te wortelen, maar dat was de afweging die ik moest maken.
Het beloofde 18 juni opnieuw een zonnige dag te worden. In de ochtend heb ik de planten rondom de boom van water voorzien om de dag door te kunnen komen. De langere planten beginnen deels geel te kleuren en af te sterven. Achteraf had ik deze misschien moeten afknippen. Het is aan diverse planten te zien dat de omstandigheden waaronder ze zich moeten handhaven zwaar zijn, terwijl andere het zo op het oog goed lijken te doen. De werksters van de Lasius niger zochten tijdens het water geven een goed heenkomen of werden meegevoerd door het water om een tiental centimeters verder weer vaste grond onder de poten te hebben en verder te lopen, alsof niets en niemand in de hele wereld hen uit evenwicht kon brengen. Het zijn taaie mieren. Tussen de planten heb ik de concurrentie aangepakt en nog een paar grassprieten weg getrokken om deze in de groei te benadelen.
Aan het einde van dezelfde dag heb ik de boomspiegel nog groter gemaakt. Verder van de stam vandaan was de grond aanzienlijk beter bewerkbaar. Op de mieren na, ben ik verder geen voor het oog zichtbaar bodemleven tegen gekomen. Ik mocht deze planten gratis uitzoeken en meenemen als bezoeker aan een kassencomplex en heb daar dankbaar gebruik van gemaakt. Het zijn geen inheemse planten, maar ik hoop hiermee wel de maaier tot het einde van het jaar op afstand van de kruidachtige planten te houden, die ik wil behouden. In de lijn van de bomen is het wel een kleurrijke uitzondering geworden.
Gebrek aan kennis en tijdsdruk heeft er toe geleid dat ik een aantal kruidachtige en vaste planten bij elkaar heb gegooid en afwacht welke het gaan overleven, in het kort de toegepaste werkwijze. Het is beslist niet de juiste manier, maar ik leer helaas ten koste van de planten. Voor een aantal van hen zal de verplaatsing slechts uitstel van een zeker einde zijn geweest, omdat de bouwgrond waarop ze voor kwamen inmiddels is afgegraven. Hieronder een inventarisatie van wat er al aan planten aanwezig was en later bij is gezet of gekomen.
Lamiastrum galeobdolon 'Florentinum' (bonte, gele dovenetel)
Solidago canadenis (guldenroede)
Alliaria petiolata (look zonder look)
Equisetum arvense (heermoes)
Arctium minus (gewone klit)
Symphytum officinale (gewone smeerwortel)
Trifolium pratense (rode klaver)
Plantago major (grote weegbree)
Sedum spurium (vetmuur)
Potentilla reptans (vijfvingerkruid)
Tanacetum vulgare (boerenwormkruid)
Eupatorium cannabinum (koninginnenkruid)
Tussilago farfara (klein hoefblad)
Bellis perennis (madeliefje)
Glechoma hederacea (hondsdraf)
Geranium dissectum (slipbladige ooievaarsbek)
Galinsoga parviflora (klein knopkruid)
Nepeta cataria (wild kattenkruid)
Scutellaria minor (klein glidkruid)
Een nieuwe maand is aangebroken en de afwisseling van zon en regen hebben de planten in de boomspiegel zichtbaar goed gedaan. Tijd om op 2 juli een stand van zaken te delen. De meeste aandacht van voorbijgangers zal nu uitgaan naar de buitenste ring van planten. Het oogt meer als een tuintje rondom een boom, dan als de beoogde boomspiegel, maar het heeft effect. De maaier blijft er verder vandaan. Al vermoed ik nu dat vogels hier en daar wat aan het losmaken zijn en tijdens de zoektocht naar voedsel delen van planten lostrekken en op het gazon gooien. Daar liggen verspreid over het gras op het moment wat stukjes te verdrogen. De kruidachtigen zien er op een enkele uitzondering na beter uit en lijken zich in hun nieuwe leefomgeving te hebben geworteld. Veel frisser van bladkleur en de planten hebben zich meer opgericht. Hier en daar hebben diverse kruiden zich ook hersteld van de door mij aangerichte schade met kneuzen, breken of knippen. Het enige onderhoud dat er nu nog aan verricht is het wieden van grassen en heermoes.
Op het strookje braakliggende grond rondom de boomspiegel ontstaat groen leven en de natuur kruipt op vanuit het gazon. Het is op 19 juli nog pril, met kleine blaadjes, maar het is een goede start. Waarschijnlijk profiterend van het feit dat de bodem rondom de boom met regelmaat oppervlakkig is bevochtigd tijdens de warme dagen van de maand juli.
De kruidachtigen in de boomspiegel laten zich langzaam meer gelden. Ze kruipen over de andere planten heen op zoek naar grond om zich te wortelen en verder op te rukken richting het gazon. De bladeren worden groter en overschaduwen de concurrenten. De groei van anderen stimulerend om de hoogte in te groeien om van meer zonlicht te kunnen profiteren. Een enkele kruidachtige is nu definitief bezweken en geheel bruin gekleurd. De bladeren verschrompelen en geleidelijk aan buigt de stengel steeds verder door. Het zal op een trage wijze vergaan en daarmee een laatste bijdrage leveren aan de groei van deze groene oase. In de natuur gaat immers niets verloren.
De weelderig begroeide boomspiegel onderscheid zich van alle anderen boomspiegels in de straat waar geen mensenhand heeft ingegrepen. Het is echter geen wedstrijd en de belangrijkste vraag zal zijn of het zich op langere termijn in stand kan blijven houden zonder menselijke invloed en als bewijs van succes zich uitbreiden naar de boomspiegels er om heen. Hier zullen de planten geen last ondervinden van de gazonmaaier als de gemeente vast houdt aan het huidige beleid, maar de daar reeds aanwezige planten en overheersende grassen kunnen als concurrenten net zo meedogenloos zijn als de door mensen bediende machines. Kan ik er zelf wel vanaf blijven!
De uitheemse planten die als een beschermende kring moesten dienen tegen de maaier komen meer in de verdrukking. Naarmate meer planten uitgebloeid raken vallen ze steeds minder op te midden van de kruidachtigen. Op 30 juli heb ik nieuwe foto's gemaakt. De steeds groter wordende bladeren van de gewone klit en gewone smeerwortel overschaduwen steeds meer planten. De rode klaver groeit ook in omvang en er verschijnen nog steeds bloemen in. De boerenwormkruid en koninginnenkruid beginnen nu ook te bloeien. De woekerende hondsdraf groeit over andere planten heen steeds verder naar buiten. Buiten de kring lopen de kruiden op het braakliggende gedeelte steeds verder uit. Ik heb er aanvullend hierop ook zaden neer gegooid van uitgebloeide planten uit mijn gebied, waar ik werkzaam ben. In dit tempo zal de kring van bescherming spoedig en volledig zijn nut hebben verloren en vangen verder van de stam groeiende kruidachtigen het geweld van de maaier op, mocht deze te dichtbij komen.
De zwarte werksters van de Lasius niger hebben het hogerop gezocht. De top van een boerenwormkruid bleek vol bladluizen te zitten en genoten de bescherming van de gewone wegmieren in ruil voor de zoete afscheiding.
Op 21 augustus wordt steeds beter zichtbaar dat de kruidachtigen overheersen. Terwijl de eerste zonnestralen rond 08:30 de boomspiegel bereiken heb ik een serie opnamen gemaakt. Gedurende de dagen met bijna tropische temperaturen heb ik de boomspiegel dagelijks van water voorzien. De uitlopers van de hondsdraf die naar het gazon groeiden heb ik meerdere malen weer terug geleid. Het zal uiteindelijk ten koste gaan van de Sedum spurium. Een vetplant die het in de boomspiegel steeds zwaarder krijgt, omdat geen van de concurrenten heeft de lijden van de zware omstandigheden waaronder deze Sedum juist in leven blijft. De concurrenten vangen steeds meer het zonlicht op en hebben geen last van de hoge temperaturen, omdat ze door menselijk ingrijpen voldoende water krijgen. De tegen de stam van de boom steun zoekende koninginnenkruid buigt inmiddels door onder het gewicht van haar bloemen, terwijl de rode klaver uitgebloeid raakt. De boerenwormkruid stond reeds in bloei, maar er komen meer bloemknoppen.
Het gras en kruiden in de omliggende boomspiegels zijn reeds geelgroen tot bruin gekleurd of hangen slap. Wanhopig wachtend op de regen die de afgelopen week wel gevallen is, maar nog niet in de mate dat het grondwater weer op peil is. Te midden van dit alles is er deze kleine, groene oase.
De regen van de afgelopen weken heeft er voor gezorgd dat er maar weinig bruine plekken in het gazon zijn meer te bekennen. Het is opmerkelijk hoe snel het gras zich heeft hersteld. De bomen hebben het echter de afgelopen periode taai gehad en verscheidene van hen zijn al bezig te verkleuren en zelfs naalden te laten vallen. Waaronder helaas ook de bomen voor mijn balkon.
Voor het komende jaar heb ik op 5 oktober de meeste planten die ik eerder van het jaar gratis kon meenemen tijdens mijn bezoek aan een kassencomplex afgeknipt. Ik heb dit gedaan om ruimte te creëren, zowel voor de overgebleven kruidachtigen als een handvol bollen van sneeuwklokjes. Verspreid over de boomspiegel heb ik deze bollen geplant en hoop vroeg in het jaar te kunnen genieten van de witte bloemen. Afhankelijk van hoe streng de winter wordt kunnen insecten de bloemen bezoeken als er zo vroeg in het jaar al iets in bloei staat. Geschikt voor verwildering hoop ik dat de sneeuwklokjes zich in de toekomst zullen gaan vermeerderen.
Om volgend jaar ook weer over bloeiende kruiden te beschikken heb ik afgelopen weken van diverse soorten planten de zaden verzameld. Het is namelijk afwachten hoe goed de overblijvende kruidachtigen het volgend jaar gaan doen op deze locatie. De zaden kunnen de opengevallen plekken gaan vullen van de planten die het onder de boom helaas niet hebben gered. De omstandigheden zijn hier zwaar en de concurrentiedrang groot.
De aanwezigheid van een voederplaats bij mijn balkon heeft er recent toe geleid dat ik nu ook kleinere vogels, zoals koolmezen en pimpelmezen, in de bomen zie verschijnen. Deze benutten de vogels veelal als tussenstop voor ze de laatste meters afleggen naar de opgehangen zonnebloemen, vetbollen, zaden en pinda's.
Het is op 12 november een stralende dag geworden. Tijd voor wat nieuwe opnamen van de boomspiegel om de situatie weer te geven. Voor veel planten is het einde in zicht gekomen. Er vormen zich geen nieuwe bladeren meer. Wat groen is verkleurd langzaam naar geel en tenslotte bruin. De groei van de kruipende kruidachtigen zoals de bonte, gele dovennetel en de hondsdraf, hebben mijn hoge verwachtingen niet waar gemaakt. Misschien was het achteraf bekeken toch beter geweest om de Sedum spurium achterwege te laten om meer bewortelbare grond over te laten voor de andere soorten. De basis voor uitbreiding is in ieder geval gelegd voor volgend jaar tot de gehele boomspiegel bedekt is voor aan de verovering van het gazon kan worden begonnen! De grassen die hier en daar opgedoken zijn heb ik eruit getrokken en lange sprieten rondom de boomspiegel heb ik gekort om de maaimachine geen reden te geven nog dichterbij te komen.